dwaze liefde, een familiekroniek
Dwaze liefde, een familiekroniek. Amsterdam: Prometheus / Bert Bakker 2011. ISBN 978 90 351 35758.
Twee portretten die bij elkaar horen. Op het linker prijkt Stephanus Geraerdts (?-1671), op het rechter zijn eega Isabella Coijmans (1626-1689). De echtelieden hebben alleen aandacht voor elkaar en niet voor de schilder die hen vereeuwigt. Frans Hals lapt met dat perspectief alle conventies van de zeventiende-eeuwse portretkunst aan zijn laars. Geraerdts en Coijmans zijn zo verliefd dat zij hun portrettist volkomen negeren. Hals maakt dankbaar gebruik van dat moment. Het stelt hem in staat om een liefdesrelatie in de Gouden Eeuw uit te beelden.


Dwaze liefde, een familiekroniek gaat over de betekenis van het gearrangeerde huwelijk in de Republiek der Verenigde Nederlanden. Een huwelijk was voor een regentenfamilie vooral een politieke aangelegenheid, strategische overwegingen overschaduwden de romantische motieven. Maar wat gebeurde er als een regentenzoon weigerde zijn vermeende levenslot te accepteren en een verstandshuwelijk omwille van een hartstochtelijke liefde van de hand wees? Wat als hij de kolder in zijn kop kreeg? Is liefde immers niet van alle tijden?
een goede kans. In zijn Geschiedenis des vaderlands heeft Willem Bilderdijk het al over 'de bijzondere gehechtheid der Rotterdammers aan 't huis van Oranje, die in Holland nergens ooit sterker was'. Die visie is vrij klakkeloos overgenomen in de historiografie over de Maasstad in de achttiende eeuw en berust voor een groot deel op de uitbundige viering van de verjaardag van stadhouder Willem V op 8 maart 1783 in Rotterdam en de volstrekt uit de hand gelopen confronatie tussen de schutterij en het Oranjegemeen in het voorjaar van 1784. In Kaat Mossel, helleveeg van Rotterdam. Volk en verlichting in de achttiende eeuw staat dit oproer en de rol van Kaat Mossel daarin centraal. Het is niet zozeer een biografie als wel een microgeschiedenis over het politieke gekrakeel tussen de patriotten en de orangisten.